Het is duidelijk: lopen is het beste medicijn. Daarom heb je sinds 2017 de kans om op de 27 km lange BaldenySteig iets voor je gezondheid te doen. want sinds 2017 nodigt het BaldeneySteig-pad wandelaars uit om rond het stuwmeer van Essen te wandelen.Het pad voert door bossen, over weilanden en velden en langs traditionele boerderijen. Geweldig uitzicht inbegrepen. Daarnaast zijn er vier uitstapjes naar bijzondere culturele hoogtepunten die vanaf de hoofdroute gelopen kunnen worden. Als jouw voeten een pauze nodig hebben, kunnen delen van de route, met een hoogteverschil van 600 meter, ook worden afgelegd met het openbaar vervoer, de Weiße Flotte of de Hespertalbahn.
Routeinformatie:
Lengte: 26,7 km
Aantal hoogtemeters (stijging): 600 m
Moeilijkheidsgraad: gemiddeld tot hoog
Fysieke conditie: hoog
Gezinsvriendelijk: alleen in sommige secties
Landschap/natuur:
ten noorden van het meer: langer pad langs het meer en veel heuvelachtige bosgebieden ten zuiden van het meer: bos en landbouwgebieden afwisselend gemengd
De Baldeneysee ontstond in 1933 met de stuw in Essen-Werden. Twee turbines produceren hier elektriciteit. Tegelijkertijd dient de stuw als overgang van de ene naar de andere kant van het meer.
Het adellijke landgoed uit de 14e eeuw werd door de afdamming van de Ruhr tot een waterkasteel en tijdens de Tweede Wereldoorlog zwaar beschadigd. Tegenwoordig zijn de ruïnes direct aan het Baldeneysee een populaire ontmoetingsplaats voor motorrijders en wandelaars.
De museumspoorlijn verbindt het station Kupferdreh met de voormalige kolenmijn Pörtingsiepen. De 3,5 km lange route loopt langs het Baldeneysee en biedt prachtige uitzichten.
De hoogten langs de Ruhr stonden vroeger vol met kleine mijnen, die vandaag alleen nog voor echte kenners zichtbaar zijn. Aan de Augustaweg zijn bijvoorbeeld nog resten van keermuren te zien.
Het graf wordt beschouwd als het oudste bewaard gebleven bouwwerk in de omgeving van de stad Essen en werd gebouwd tussen 3500 en 2200 v. Chr. Het grafmonument werd in 1937 ontdekt tijdens de bouw van een kazerne.
Het representatieve voorstadstation werd in 1898 gebouwd en heeft tegenwoordig geen vervoersfunctie meer. Het bakstenen gebouw is zowel van binnen als van buiten de bezienswaardig, vooral de wachtkamer met zijn stucwerkversiering.
Het vogelreservaat is ontstaan tijdens de aanleg van het Baldeneysee. Het gebied herbergt zeldzame vogelsoorten en is van groot belang als rustplaats voor trekvogels.
De opwindtoren Carl Funk I is een van de weinige structurele overblijfselen van de kolenmijn die tot 1973 in bedrijf was. Het is het meest in het oog springende monument van de industriële geschiedenis van Essen.
Villa Hügel is de voormalige residentie van de familie Krupp en is omgeven door een groot park. Beide zijn eigendom van de Alfried Krupp von Bohlen und Halbach stichting en kunnen worden bezocht.
Direct vanaf de BaldeneySteig opent het zijpad naar Werden. De wandeling duurt ongeveer een uur en leidt door een van de meest historische wijken van Essen. Werden heeft een bezienswaardige oude stadskern en belangrijke monumenten, die met QR-codes zijn gemarkeerd en zo in beeld, tekst en geluid kunnen worden opgeroepen.
Het pad door Werden voert eerst langs de voormalige lakenfabriek Feulgen, waarvan de hallen dicht bij de oevers van de Ruhr stonden en die nu voor bewoning worden gebruikt. Ze zijn een vroeg voorbeeld van de verbouwing van industriële monumenten tot woonlofts. Langs een historische sluis en de Neukirchener molen wandel je langs de Heyerstrang en de Brehminsel en bereik je de Treidelplatz, waar ook het historische wandelpad Werden-Land begint. Nadat je onder de Gustav Heinemann brug bent doorgegaan, steek je de Laupendahler Landstraße over.
Van daaruit bereik je de Wesselwerth met zijn bezienswaardige classicistische gebouwen. Daarna volgt het tuinhuis Dingerkus, gebouwd in 1790 door Johann Everhard Dingerkus, de laatste kanselarij-directeur van de abdij van Werden. Een vereniging zorgt nu voor het behoud van dit laatbarokke juweeltje met zijn betoverende tuin.
De voormalige abdij van Werden wordt benaderd via de weverswijk. In de hoge middeleeuwen was het klooster een van de belangrijkste kloosters in het christendom. Bezienswaardig zijn, behalve de zogenaamde tuchthuis-vleugel, de nieuwe bibliotheek en de barokke gebouwen, waarin sinds 1946 de Folkwang Universiteit voor de Kunsten is gehuisvest. Werden dankt zijn bijzondere flair onder ander ook aan deze institutie. De eigenlijke oude stad Werden begint bij de oude Werdener markt en wordt gedomineerd door de voormalige abdijkerk St. Ludgerus, die een bezoek meer dan waard is. De crypte bevat het graf van St. Ludgerus, die rond het jaar 800 de abdij en de kerk stichtte en daarmee de aanzet gaf tot de vestiging van Werden. Tegenwoordig is St. Ludgerus een parochiekerk met de rang van een basiliek. De rest van de weg voert door de steegjes van de oude stad met zijn deels prachtig gerestaureerde vakwerkhuizen en Gründerzeitgebouwen.
Langs de prachtig gelegen Lutherse kerk van Werden, waarvan de hoge toren een bewust antwoord was op de abdijkerk, leidt de route naar de St. Luciuskerk, die wordt beschouwd als de oudste parochiekerk ten noorden van de Alpen. Verder staat in de directe omgeving de burgemeesterswoning uit 1895, tegenwoordig een cultuurhuis. Via het zogenaamde Rondellviertel met de monumenten voor Wilhelm I, Bismarck en Moltke en keizer Friedrich III nadert het uitstapje vervolgens weer zijn beginpunt.
Van de vele uitkijkpunten bij het Baldeneysee en langs de route wordt de Korte Klif door velen als de mooiste beschouwd. De klif ligt vlakbij het jachthuis Schellenberg en is genoemd naar de voormalige tuinbouwdirecteur van Essen, Rudolf Korte, die zich onder meer verdienstelijk maakte als directeur van de Botanische Tuinen, de voorloper van het Grugapark. Vanaf de Korte Klif, een van de 31 uitkijkpunten van de "Essener Aussichten", kan je het hele Baldeneysee overzien.
Graaf Dietrich van Altena-Isenberg bouwde rond 1240 een kasteel op een strategisch gunstige plaats hoog boven de Ruhr, dat de geschiedenis inging als Neu-Isenburg ter onderscheiding van het oudere Hattinger Isenburg. De trotse vesting was geen lang leven beschoren; slechts 48 jaar na de bouw werd Neu-Isenburg tijdens een vete verwoest. Het Ruhrmuseum - toen nog Ruhrlandmuseum - groef de resten van de ruïnes, die nog steeds zichtbaar zijn, op tijdens een opgraving in 1927.
Onder de vele Krupp-wijken neemt Brandenbusch een bijzondere plaats in. Op een prachtige locatie boven het Hügelpark woonden de medewerkers van Villa Hügel hier heel dicht bij hun werkplek, waar ze dienstdeden als knecht of tuinman, kok of wasvrouw. De woonwijk werd gebouwd in een voor Krupp zeer typische huisstijl. Kenmerken zijn het zichtbare vakwerk en het schilderachtige totaalbeeld van een kleine tuinstad.